Samsung heeft de vrijheid van detailhandelaren beperkt om zelf hun online-consumentenprijzen van televisies te bepalen. Dit deed Samsung onder andere door de consumentenprijzen van haar detailhandelaren te monitoren en in te grijpen als televisies volgens Samsung tegen een te lage prijs aangeboden werden. Samsung verwachtte dat haar detailhandelaren de prijsinstructies zouden opvolgen. Daardoor hebben consumenten niet ten volle kunnen profiteren van de prijsconcurrentie tussen de detailhandelaren.
Samsung was van mening dat de ACM haar ten onrechte had beboet. Volgens Samsung gingen de contacten met haar detailhandelaren niet verder dan het geven van een prijsadvies en verstoorde dit de onderlinge concurrentie tussen de detailhandelaren niet.
De rechtbank volgt het standpunt van Samsung niet en oordeelt dat de genoemde contactmomenten indringende verzoeken van Samsung zijn om in een concreet geval prijzen te verhogen. De detailhandelaren stonden daar welwillend tegenover waardoor volgens de rechtbank geen contractuele dwang, sancties of financiële prikkels nodig waren om de inbreuk vast te stellen. De rechtbank laat de door de ACM opgelegde boete in stand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten